St. Anna Logo

Chemotherapie is een behandeling van kanker met geneesmiddelen (cytostatica). Cytostatica doden de kankercellen of remmen de celdeling ervan. Er zijn verschillende manieren om de cytostatica toe te dienen. Bijvoorbeeld via een injectie of in tabletvorm. Meestal gebeurt het via een infuus. Hierbij druppelt vloeistof met cytostatica via een slangetje rechtstreeks in uw ader. Welke toedieningswijze geschikt is, hangt af van de soort kanker die u heeft, het stadium ervan en de chemotherapie die u ondergaat. Ook uw gezondheid speelt daarbij een rol.

 

Hoe werkt chemotherapie?

Heeft u met uw oncoloog chemotherapie via een infuus afgesproken? Dan komt u gedurende langere periode volgens een schema naar ons ziekenhuis voor de toediening van de cytostatica (chemokuur). Soms verblijft u daarvoor op de verpleegafdeling oncologie of u krijgt uw chemokuur op ons oncologisch dagcentrum. Vaak bestaat een chemokuur uit een combinatie van diverse cytostatica aangevuld met andere medicijnen, bijvoorbeeld om bijwerkingen tegen te gaan.

Meestal heeft u meerdere chemokuren nodig. Tussen elke kuur zit een periode van rust, zodat uw lichaam zich kan herstellen.

Chemotherapie is een ingrijpende behandeling, die lichamelijk, geestelijk en emotioneel een zware belasting kan betekenen. Cytostatica doden niet alleen de tumorcellen, maar ook een deel van uw gezonde lichaamscellen. Daarnaast veroorzaken de medicijnen bijwerkingen. Die hoeven niet altijd op te treden. Moeheid, haaruitval, smaakveranderingen, een kapotte mond, misselijkheid en algehele malaise zijn bijwerkingen die meestal niet uit te schakelen zijn. 

 

Chemotherapie in het Anna Ziekenhuis

Zowel voorafgaand, tijdens de chemotherapie als bij de nazorg ontvangt u persoonlijke zorg door deskundige behandelaars. U ondergaat de chemokuur terwijl u ontspannen op een bed ligt of in een gemakkelijke stoel zit. U kunt daarbij altijd een naaste meenemen voor ondersteuning of gezelligheid. Patiëntveiligheid staat bij ons voorop. Gespecialiseerde verpleegkundigen begeleiden uw behandeling onder supervisie van onze oncologen. Tijdens een kuur vinden regelmatig diverse controles plaats, onder andere van uw bloed. Om haaruitval tijdens de chemokuur tegen te gaan, kunt u eventueel als behandeling een hoofdhuidkoeling krijgen. Als u hiervoor in aanmerking komt, bespreekt uw oncoloog of verpleegkundige dit met u voordat u met de chemotherapie start.

Het proces

Voorbereiding bij de poliklinische oncologieverpleegkundige

Voordat u met uw chemotherapie start, komt u op gesprek bij de poliklinische oncologieverpleegkundige. Tijdens dit gesprek is er alle ruimte voor uitleg en uw vragen over de kuur, uw verhaal en gevoelens. U krijgt mogelijkheden aangereikt voor extra begeleiding door een maatschappelijk werkende, diëtist, fysiotherapeut of geestelijk verzorger. De verpleegkundige geeft u ook informatie over voorzorgsmaatregelen, over de hygiëne bij het omgaan met uw uitscheidingsproducten (urine, ontlasting en braaksel) en bij welke bijwerkingen u de arts waarschuwt.

Uw eerste chemokuur

De verpleegkundige van de afdeling begeleidt u tijdens de behandeling en brengt het infuus in. Hiervoor krijgt u in uw bloedvat van uw hand of arm een naald met een kunststof slangetje. Hieraan koppelen we de infuusvloeistof met de cytostatica. Voorafgaand hieraan krijgt u eerst medicijnen om misselijkheid te voorkomen. Daarna druppelt de vloeistof via het infuus uw lichaam in. Alle kuren worden poliklinisch toegediend indien het kuur schema dit toelaat. Heeft u vragen? Stel ze gerust.

Voorzorgsmaatregelen tussen de kuren

Voor elke behandeling komt u enkele dagen voorafgaand aan uw kuur op controle bij uw oncoloog. Een half uur vóór uw polikliniekafspraak bij de arts laat u bloed prikken op het laboratorium. Via uw bloed controleren we of uw beenmerg zich voldoende hersteld heeft na uw vorige kuur. Daarna gaat u naar de arts, die intussen de uitslag van uw bloedonderzoek heeft. Als uw beenmerg onvoldoende hersteld is, zal de arts uw kuur meestal uitstellen. U krijgt dan van de polikliniekassistente nieuwe afspraken.

Na uw eerste chemokuur

Na afloop van uw eerste chemokuur heeft u weer een gesprek met de poliklinische oncologieverpleegkundige. U bespreekt uw ervaringen tijdens de kuur en de bijwerkingen van de cytostatica die mogelijk zijn opgetreden. De verpleegkundige beantwoordt uw vragen over de behandeling en geeft u praktische tips waarmee u de neveneffecten van de cytostatica kunt verlichten. Ook begeleidt de verpleegkundige u bij het omgaan met uw ziek zijn. Als u behoefte heeft aan een extra gesprek is dat mogelijk.

Op de dagen van de chemokuur

Op de dagen van uw kuur komt u steeds volgens afspraak naar ons oncologisch dagcentrum of naar de verpleegafdeling oncologie. De verpleegkundige brengt steeds het infuus met de medicijnen in en begeleidt u. We houden elke keer nauwlettend in de gaten hoe u op de geneesmiddelen reageert. Na afloop mag u onder begeleiding van een naaste naar huis.

Na de laatste chemokuur

U heeft weer een gesprek met de poliklinische oncologieverpleegkundige. U bespreekt net als na uw eerste chemokuur hoe de behandeling verlopen is, hoe u zich voelt, welke klachten of problemen zijn opgetreden. Er is weer alle ruimte voor het stellen vragen. Ook heeft u een afspraak bij uw oncoloog. U hoort dan of er nog vervolgonderzoeken nodig zijn en welke. Bijvoorbeeld bloedtesten, röntgenfoto’s of een scan. Hiermee bekijken we onder andere of er nog uitzaaiingen van kanker in uw lichaam zijn.

Nazorg

Als uit het vervolgonderzoek blijkt dat u geen uitzaaiingen heeft, blijft u onder controle bij de oncoloog en/of verpleegkundige. Soms neemt de huisarts de zorg over. Wanneer bij u wel uitzaaiingen zijn gevonden, zal de arts met u een mogelijke vervolgbehandeling bespreken. Bijvoorbeeld een operatie of een andere behandeling. Soms komt u alleen op controle om te beoordelen in welke mate de ziekte zich bij u ontwikkelt, of voor zorg en ondersteuning bij uw ziek zijn.

Goed om te weten
Stel je vraagWij beantwoorden je vraag binnen 2 werkdagen

Voor medische vragen: neem telefonisch contact op met de polikliniek of maak gebruik van BeterDichtbij als je daarvoor bent aangemeld. Gebruik het afsprakenformulier voor het maken of wijzigen van een afspraak.