In overleg met jouw uroloog is besloten dat bij jou een JJ katheter wordt ingebracht. Hier lees je waarom een JJ katheter nodig is en hoe de plaatsing en de verwijdering van een JJ katheter in zijn werk gaat.
Ligging van de nieren en de blaas
De nieren liggen achter in de buikholte onder het middenrif. De blaas ligt voor in de onderbuik. De nieren en de blaas zijn met elkaar verbonden door een urineleider. Normaal gesproken stroomt geproduceerde urine ongestoord vanaf de nier door de urineleider naar de blaas. Soms is de afvloed van urine uit de nier naar de blaas geblokkeerd. Bijvoorbeeld door een steen of een vernauwing van de urineleider. De urine kan er dan niet langs. Er ontstaat stuwing in de nier. De uroloog brengt dan een JJ katheter in om te waarborgen dat urine uit de nier wordt afgevoerd naar de blaas.
Wat is een JJ katheter?
Een JJ katheter is een dun slangetje dat loopt van de nier naar de blaas. Aan beide uiteinden van de katheter zit een krul. De ene krul ligt in de nier, de andere in de blaas. De twee krullen lijken op een ‘J’, vandaar de naam JJ katheter. Door de krullen aan beide uiteinden blijft de JJ katheter goed op zijn plaats liggen. De JJ katheter is een zogenaamde inwendige katheter, die met behulp van een kijkinstrument (cystoscoop) via de blaas wordt ingebracht.
Het inbrengen van een JJ katheter
De plaatsing van een JJ katheter vindt plaats op de polikliniek Urologie met of zonder sedatie, of op de operatiekamer. Je ligt op jouw rug op de behandeltafel met jouw benen in de beensteunen. De uroloog brengt via de urinebuis een cystoscoop in. Vervolgens schuift de uroloog de JJ katheter via de cystoscoop onder zicht naar binnen, tot aan het nierbekken. Er zal dan door middel van een röntgenfoto een afbeelding van de urineleider worden gemaakt. Hierbij krijg je contrastvloeistof ingespoten. Met de gemaakte röntgenfoto’s controleert de uroloog of de JJ katheter op de juiste plaats ligt. Een met succes ingebrachte JJ katheter kan in principe 6 tot 12 maanden blijven zitten. Dit is afhankelijk van het type JJ katheter die wordt ingebracht.
Het verwisselen van een JJ katheter
Het verwisselen van een JJ katheter voeren wij ook uit via een cystoscoop. Dit wordt op de operatiekamer of op de poli urologie uitgevoerd. De procedure bij het verwisselen van de JJ katheter is hetzelfde als bij het inbrengen van een JJ katheter omschreven staat. Er wordt bij het verwisselen van de JJ katheter ook gebruik gemaakt van contrastvloeistof om de juiste ligging van de JJ te controleren middels röntgenfoto’s. Het is mogelijk dat je na het inbrengen van de JJ katheter nog een blaaskatheter heeft. Deze wordt in principe voordat je naar huis gaat weer verwijderd.
Het verwijderen van een JJ katheter
Het verwijderen van de JJ katheter gebeurt op de poli urologie met een cystoscopie. Hierbij wordt lokale verdovingsgel via de plasbuis ingebracht. De uroloog brengt via de urinebuis een cystoscoop in. Door de cystoscoop wordt een flexibel tangetje opgevoerd, waarna de uroloog de JJ katheter kan verwijderen. Bij het verwijderen van een JJ katheter hoeven er geen röntgenfoto’s gemaakt te worden.
Nazorg en leefregels thuis
- We raden jou aan dagelijks voldoende te drinken (minimaal 1½ a 2 liter). Je spoelt hiermee jouw nieren en blaas op een natuurlijke manier.
- De krul in de blaas van de JJ katheter kan een toegenomen plasdrang veroorzaken. Tijdens het plassen kan er wat urine door de katheter naar de nier teruglopen. Dit kan een wat onaangenaam gevoel veroorzaken in de nierstreek. Dit is normaal, maar als je hiervan teveel last hebt, kun je paracetamol innemen.
Mogelijke complicaties
- Er kan een bloeding ontstaan.
- Het plaatsen van de JJ katheter lukt niet altijd. Het kan zijn dat de JJ katheter niet voorbij de vernauwing kan komen. De arts zal dan voor een andere behandeling kiezen.
- De urineleider kan door het inbrengen van de JJ katheter geperforeerd raken. Hierdoor kan lekkage van urine ontstaan. Dit gebeurt alleen bij hoge uitzondering.
- Irritatie van de blaas door de JJ katheter. Je kunt dan veel drang hebben om te plassen.
- Bloed bij de urine.
- Tijdens het plassen kun je een vervelend gevoel in de nier krijgen, dit zakt meestal snel weer weg.
Wanneer neem je contact op
In de volgende gevallen neem je contact op met jouw uroloog:
- Als er veel bloed of bloedstolsels bij jouw urine zit en het bloedverlies na 2 weken niet vermindert.
- Je koorts krijgt die boven de 38,5°C komt.
- Je hevige brandende pijn hebt bij het plassen, ondanks dat je circa 2 liter per dag drinkt.
- Je niet meer kunt plassen.
- Je last krijgt van krampende pijn in jouw nierstreek.
Heb je nog vragen?
Heb je nog vragen? Neem dan contact op met:
- Op werkdagen tussen 8.30 en 17.00 uur: Polikliniek Urologie 040 - 286 48 65
- Bij dringende vragen na 17:00 uur en in het weekend: Spoedeisende hulp (SEH) 040 - 286 48 34
