Schedel- of hersenletsel kan op twee manieren ontstaan. De eerste manier is als er van buitenaf een kracht op het hoofd wordt uitgevoerd (door bijvoorbeeld een val). De tweede oorzaak is als er een voorwerp de hersenen binnendringt (bijvoorbeeld een kogel). Als u letsel aan uw hoofd heeft, kan dat ernstige gevolgen hebben, omdat de hersenen in uw hoofd liggen. De hersenen liggen namelijk in het hoofd en zijn een belangrijk onderdeel van het menselijk lichaam. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen schedelletsel en hersenletsel. Deze worden hieronder apart genoemd.

Schedelletsel:

• Schedelbarst: er zit een barst in de schedel. Meestal is er bij deze vorm geen hersenletsel.
• Schedelbasisfractuur: er zit een barst in de schedelbasis: een dikke, onregelmatig gevormde plaat waarin openingen zitten voor bloedvaten en zenuwen. Bij deze aandoeningen komen bloedingen uit de neus, oren of mond vaak voor. afhankelijk van de plaats van de breuk kan er schade aan ogen, neus of oren ontstaan.
• Impressiefractuur: een scherp voorwerp heeft de schedel ingedrukt. Hierdoor kunnen botsplinters de onderliggende hersenvliezen ben het onderliggende hersenweefsel beschadigen. Als er hersenschade is, is deze meestal heel licht.

Hersenletsel:

• Hersenschudding: na een val of slag op het hoofd kunt u uw bewustzijn verliezen. Ook kan het zijn dat u niets meer weet van de tijd voor het ongeval.
• Hersenkneuzing: het bewustzijnsverlies duurt langer en er kunnen verlammingen ontstaan. Een hersenkneuzing bestaat in veel gradaties, die variëren van lichte graden die snel genezen tot zware gradaties die een coma en soms de dood tot gevolg hebben.

Onderzoek bij schedel- en hersenletsel in het Anna Ziekenhuis

Als u schedel- of hersenletsel heeft opgelopen, kunt u bij het Anna Ziekenhuis terecht voor een hersenactiviteitonderzoek, ook wel een EEG genoemd. Hiermee wordt getest of er schade is ontstaan aan de hersenen.